Zonder water geen (hoog)veen


Jans de Vries
Boswachter Publiek Veenland bij Staatsbosbeheer

Nog geen 1000 jaar geleden was een groot deel van Nederland bedekt met hoogveen: een gesteente bestaande uit gedeeltelijk afgebroken plantenresten. In de tijd van de turfwinning is veen veel gebruikt als brandstof. Het werd afgegraven, gedroogd en opgestookt. We hebben een deel van onze huidige welvaart te danken aan het ontginnen van de hoogveengebieden, maar dat betekent ook dat er tegenwoordig nog maar weinig hoogveen over is. Hoogveen is in Nederland een extreem zeldzaam landschapstype geworden. Dat is zonde, want het levend hoogveen hoort niet alleen bij Nederland, maar het is ook prachtig en uniek. Door zijn geheimzinnigheid en gedeeltelijke ontoegankelijkheid spreekt het tot de verbeelding. Het is natuur om te ervaren. In de 8000 overgebleven hectare hoogveen in ons land wordt daarom gewerkt aan behoud, herstel en uitbreiding, zo ook in het Bargerveen.

Water is misschien wel het belangrijkste thema in de gebiedsontwikkeling van het Bargerveen. Water is namelijk onmisbaar bij de vorming van nieuw veen. Veenmos is de belangrijkste plant in veen en deze groeit alleen goed onder natte omstandigheden. Onder invloed van regenwater worden de bulten veenmos steeds een beetje hoger, om vervolgens onder hun eigen gewicht weer in te zakken.

Aan de onderkant sterft de steeds dichter wordende laag van veenmos af: het begin van veenvorming. Als het veen altijd nat is, zijn allerlei bacteriën en schimmels minder actief. Daardoor verteren de plantenresten maar langzaam en gedeeltelijk. De overgebleven plantenresten stapelen zich op en vormen zo veen. De aanwezigheid van water zorgt er dus op twee manieren voor dat het veen weer kan groeien.

Regenwater vasthouden

Hoogveen wordt gevoed door regenwater. Het kan zich alleen vormen als er genoeg neerslag valt, verdeeld over het jaar én als er niet te veel water verdampt en wegstroomt. Hoogveen moet immers het hele jaar nat zijn. De waterbalans heeft een wankel evenwicht. Bij een gemiddelde neerslag van 750 millimeter per jaar en een gemiddelde verdamping van 600 millimeter per jaar blijft er weinig water over om het hoogveen permanent nat te houden. Als er in dit geval meer dan 30 millimeter door het veen wegzakt naar de zandbodem onder het veen, is het evenwicht al verstoord en wordt het te droog. Om het Bargerveen te herstellen is het vasthouden van regenwater dus van essentieel belang. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Het Bargerveen ligt namelijk hoger dan zijn omgeving. Daardoor sijpelt het water langzaam weg naar lager gelegen gronden, met name aan de grens met Duitsland en aan de zuidkant van het gebied.

Betere waterhuishouding

Om het regenwater beter te kunnen vasthouden en de grondwaterstand in het Bargerveen te verhogen zijn verschillende maatregelen bedacht. Om deze te realiseren moeten tal van werkzaamheden worden verricht. Een deel daarvan is al uitgevoerd. Zo is er al ruim 60 kilometer aan dammen van veen, zand en keileem aangelegd en zijn er al vele kilometers kanalen en sloten gedempt. Daarnaast zijn er een aantal buffergebieden aangelegd voor het herstel van de waterhuishouding in het Bargerveen. Deze bufferzones liggen (of komen) rondom het Bargerveen en zorgen dat er niet teveel water uit het veen naar de zijkanten wegstroomt. De komende jaren gaan we nog meer waterbuffers maken en andere maatregelen treffen om de (grond)waterstand goed te kunnen controleren en het veen nat te houden.

Natuurontwikkeling

De gebiedsontwikkeling in het Bargerveen is niet alleen goed voor de veenvorming, maar ook voor de overige flora en fauna. Door de waterhuishouding in het Bargerveen te verbeteren kan het natuurgebied zich herstellen. Veel soorten planten en dieren die uniek zijn voor hoogveen vinden er zo (weer) hun plek. Het Bargerveen is bijvoorbeeld de enige plek in Nederland waar de lange zonnedauw voorkomt.

Internationaal heeft het Bargerveen ook erkenning gekregen. Als Natura 2000-gebied is het belangrijk voor broedvogels als de grauwe klauwier, nachtzwaluw, watersnip, geoorde fuut en porseleinhoen. Maar ook voor wintergasten als blauwe kiekendief, kleine zwaan en rietgans. Daarnaast zijn er inmiddels bijna duizend soorten nachtvlinders gevonden, waaronder de wollegras-uil, een typische veensoort. Het Bargerveen staat ook bekend om zijn vitale populatie adders en gladde slangen. Het miegelt er bovendien van de amfibieën als poelkikker en heikikker. Bijzondere libellen als de venglazenmaker, de noordse glazenmaker en de hoogveenglanslibel komen er voor, net als de in Nederland inmiddels zeldzame aardbeivlinder en bruine vuurvlinder.


Kortom: het Bargerveen is een uniek natuurgebied waar water een hoofdrol speelt!

Jans de Vries

Boswachter Publiek Veenland bij Staatsbosbeheer